Casus obliquus betekenis

In grammar, an oblique (abbreviated OBL; from Latin: casus obliquus) or objective case (abbr. OBJ) is a nominal case other than the nominative case and, sometimes, the vocative. A noun or pronoun in the oblique case can generally appear in any role except as subject, for which the nominative case is used. [1]. De obliquus, obliek of voluit casus obliquus (Latijn: scheve naamval) is een generieke naam voor iedere naamval anders dan nominatief of vocatief. De obliquus is van toepassing op zelfstandige naamwoorden welke het object zijn van een werkwoord, voorzetsel of achterzetsel. Casus obliquus betekenis During my studies, we were told to imagine the casus rectus (undeclined or nominative form) as a stick or line standing up straight, the obliquus as slanted at an angle. Indeed, the verb declino was also used by the Romans to mean "1. slant down; 2. decline grammatically".
casus obliquus betekenis

Naamval betekenis

Een naamval of casus is een middel waarmee de grammaticale functie van een lidwoord, naamwoord of voornaamwoord [noten 1] in het grotere verband van de zin wordt aangegeven. Meer in het bijzonder wordt meestal gedoeld op de morfologische kenmerken waardoor de betreffende woorden bepaalde uiterlijke wijzigingen ondergaan, in de vorm van vaste. naamval (taalkundige term) synoniem = casus (meervoud casussen) Naamvallen zijn de verschillende vormen die woorden aannemen, afhankelijk van hun functie in de zin. Naamval betekenis Een naamval is een buigingsvorm van een naamwoord, lidwoord of telwoord, die de functie van dat woord in de zin aangeeft. Daarnaast wordt de term `naamval` ook wel gebezigd om de verschillende functies zelf aan te duiden.
Naamval betekenis

Taalkunde naamvallen

De genitief komt van alle traditionele Indo-Europese naamvallen in geschreven modern Nederlands nog het meest voor, al beperkt het gebruik zich tot de formele of gekunstelde stijl. Het Nederlands kent daarnaast, net als het Engels en Duits, een aan de tweede naamval verwante vorm, ook wel de Saksische genitief genoemd. Het naamvalsysteem van het Middelnederlands. Gebruik van de naamvallen; De verbuiging; Meervoudsvorming; Flexieverlies; Gebruik van de naamvallen. In het Middelnederlands worden zelfstandige naamwoorden (substantieven), bijvoeglijke naamwoorden (adjectieven), lidwoorden (artikelen), voornaamwoorden (pronomina) en telwoorden (numeralia) verbogen.
  • Taalkunde naamvallen Naamvallen zijn de verschillende vormen die woorden aannemen, afhankelijk van hun functie in de zin. Naamvallen komen voor bij zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden, lidwoorden, telwoorden en voornaamwoorden. In het hedendaagse Nederlands zijn de meeste naamvalsonderscheidingen verdwenen.
  • Taalkunde naamvallen

    Latijnse naamvallen

    Wat is een naamval en welke naamvallen zijn er? Wat moet ik met ze aan wanneer ik ze tegenkom? Naamvallen in het Latijn. In het Latijn zijn er de volgende 5 naamvallen: Nominativus; Genitivus; Dativus; Accusativus; Ablativus; Ook is er de vocativus, oftewel de aanspreekvorm. Hier hebben we een apart artikel over!. Het Latijnse werkwoord wordt over het algemeen ingedeeld in 5 zogenaamde conjugaties. De eerste conjugatie kent werkwoorden met een a-stam. De werkwoorden zijn te herkennen aan de uitgang -are. Latijnse naamvallen Het Latijn telt zes naamvallen en vijf verbuigingen: naamwoorden op -a (eerste declinatie), op -us, -um en -er (tweede), op -is in de genitivus (derde), op -us met genitivus -us (vierde) en op -es (vijfde).
    Latijnse naamvallen

    Grammaticale naamvallen

    Een naamval of casus is een middel waarmee de grammaticale functie van een lidwoord, naamwoord of voornaamwoord [noten 1] in het grotere verband van de zin wordt aangegeven. Meer in het bijzonder wordt meestal gedoeld op de morfologische kenmerken waardoor de betreffende woorden bepaalde uiterlijke wijzigingen ondergaan, in de vorm van vaste. In oudere fasen van het Nederlands werden in de geschreven taal naamvallen gebruikt. Tegenwoordig bestaan deze nagenoeg alleen nog in versteende taalvormen. Een aan de tweede naamval verwante vorm, de Saksische genitief, kent nog wel een actief gebruik. Grammaticale naamvallen Het begrijpen van de grammaticale naamvallen, datief, genitief en accusatief is essentieel voor het leren van talen die zaaksystemen gebruiken. Deze gevallen geven aan hoe zelfstandige naamwoorden, voornaamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden functioneren in een zin.
    Grammaticale naamvallen